De bijzondere werkwoorden worden anders vervoegd dan de sterke en zwakke werkwoorden. Er gelden bij deze werkwoorden geen duidelijke regels. Je moet ze gewoon uit je hoofd leren. |
De bijzondere werkwoorden
zijn, hebben, kunnen, zullen, mogen, willen
De vervoegingen van het bijzondere werkwoord willen lees je hieronder.
Onthouden: willen
Net zoals bij de sterke werkwoorden veranderen ze van klank in de verleden tijd.
Maar ook in de tegenwoordige tijd worden ze op een andere manier vervoegd dan de sterke en zwakke werkwoorden.
Voorbeeldzinnen
Zinnen | Antwoorden | |
Ik ...?... (willen, tt) vandaag iets nuttigs doen. | wil | |
Wat jij ...?... (willen, tt), kan echt niet. | wilt | |
Fred ...?... (willen, tt) de hele middag gamen. | wil | |
Iris en Carlo ...?... (willen, tt) naar de dierentuin. | willen | |
Julia ...?... (willen, vt) heel graag nog één ding weten? | wilde | |
De kinderen ...?... (willen, vt) boodschappen doen. | wilden |