Voornamen worden altijd met een hoofdletter geschreven.
Bij dubbele voornamen worden beide namen vaak met een hoofdletter geschreven.
Tussen deze beide namen wordt meestal een streepje (-) geplaatst.
Tim Rosan Anne-Marie (dubbele voornaam) Femke Jan-Peter (dubbele voornaam) |
Voorletters worden altijd met een hoofdletter geschreven.
Na de voorletter komt altijd een punt, gevolgd door de achternaam.
Bij dubbele voornamen hoort bij iedere naam een voorletter en een punt.
R. Janssens
B. Assink
K. Spoolder
A.M. Slot (dubbele voornaam)
Achternamen worden altijd met een hoofdletter geschreven.
Hieronder zie je hoe dat gaat bij achternamen die uit één deel bestaan.
Jan Vrielink
Mieke Brinkman
Anna-Belle Huissen
Roy Bergsma
Peter geeft een bloem aan Anne. Hoog in de boom zit Rosan. De brief wordt verstuurd naar R. Hogenkamp. Over het behaalde cijfer is Robert-Jan erg teleurgesteld. |
- Voornamen beginnen altijd met een hoofdletter
- Voorletters schrijf je altijd met een hoofdletter
- Achternamen die uit één deel bestaan, schrijf je altijd met een hoofdletter