Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Het geeft een eigenschap, kenmerk of toestand aan van een zelfstandig naamwoord.
Bijvoeglijke naamwoorden
De lieve moeder de drukke hond de mooie ring |
Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord vertelt je van welk materiaal iets gemaakt is.
Stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden
een ijzeren buis een zilveren ring een gouden kettinkje een stalen pen een bronzen speld |
een eiken tafel een rieten dak een leren bank een glazen deur een wollen trui |
een zijden jurk een katoenen blouse een chocoladen paashaas een marsepeinen varken Een kristallen bol |
een ijzeren buis een zilveren ring een gouden kettinkje een stalen pen een bronzen speld |
een eiken tafel een rieten dak een leren bank een glazen deur een wollen trui |
een zijden jurk een katoenen blouse een chocoladen paashaas een marsepeinen varken Een kristallen bol |
De woorden eindigen bijna altijd op -en. Maar soms ook niet:
Zonder -en
een plastic tas een suéde tas een aluminium buis een nylon tent |
Weet je niet zeker of het een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord is? Kijk dan of je het woord van voor het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord kunt zetten.
Kun je het woord 'van' ervoor zetten?
Gewoon bijvoeglijk naamwoord | ||
de mooie ring | → | de ring is mooi |
de ronde tafel | → | de tafel is rond |
de mooie jurk | → | de jurk is mooi |
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord | ||
de zilveren ring | → | de ring is van zilver |
de eiken tafel | → | de tafel is van eiken |
de zijden jurk | → | de jurk is van zijde |